Synthetisch.

Niet alle oppervlakken zijn hetzelfde. Sommige kunnen vrij stevig zijn, andere kunnen zacht zijn en ook erg diep. Deze overwegingen moeten worden gemaakt omdat de grondreactiekracht die kan worden toegepast op de hoef / het lidmaat sterk kan variëren, kleine wijzigingen kunnen worden aangebracht om de uitlijning van de ledematen te helpen en dergelijke krachten te egaliseren. De oppervlakte-eigenschappen kunnen zowel de prestaties als het risico op letsel beïnvloeden. Een van de dilemma's is dat eigenschappen die bijdragen aan "betere prestaties" ook de belasting van het bewegingsapparaat van het paard verhogen en het risico op blessures kunnen vergroten.

Een voorbeeld hiervan is een te stevig oppervlak, waardoor de ruiter gemakkelijker snel kan rijden, wat de belasting van de ledematen van het paard verhoogt. Er is opgemerkt dat paarden die niet gewend zijn om op een synthetische ondergrond te werken, in het begin kunnen struikelen tot ze eraan gewend zijn.

Advies
Een wijder gesnoerd hoefijzer zal het paard helpen om op het oppervlak te blijven staan. Een opgerolde teen zoals de EQ kan helpen om te breken op paarden die nieuw aan de oppervlakte zijn. Het oppervlak moet goed worden onderhouden om te voorkomen dat het te stevig en oneffen wordt.